Het draaien van de wieken en de generator van windmolens zorgt voor geluid. De wet stelt normen voor het maximale geluid van windmolens bij bijvoorbeeld woningen, ziekenhuizen en kinderdagverblijven. In deze infographic is dit visueel weergegeven.
’s Nachts mag het geluid gemiddeld niet meer dan 41 decibel (dB) zijn (gemeten aan de gevel van een woning). Dat staat ongeveer gelijk aan het geluid van een kabbelende beek, een koelkast of een rustige bibliotheek.
Overdag mag het gemiddelde geluidsniveau door een windmolen niet meer dan 47 dB bedragen. Dat is minder dan het geluid van een lichte regenbui of een koffiezetapparaat.
Windmolens en slagschaduw
In Nederland geldt een strenge norm voor schaduw door wieken van windmolens. Huizen mogen over het gehele jaar genomen minder dan zes uur last hebben van deze zogeheten slagschaduw.
Als de zon laag staat (in de ochtend en de avond) kan zo’n schaduw korte tijd op woningen vallen. Doordat wieken van windmolens draaien, varieert deze schaduw en dat kan hinderlijk zijn voor de bewoners.
Daarom heeft de overheid een norm gesteld van maximaal 20 minuten slagschaduw per dag voor niet meer dan 17 dagen per jaar. In totaal dus minder dan 6 uur per jaar. Om de overlast te beperken kunnen moderne windmolens automatisch worden stilgezet als deze norm dreigt te worden overschreden. De regel voor slagschaduw is in deze infographic visueel weergegeven.
Waarom grotere windmolens?
Fabrikanten zijn in staat om steeds grotere windmolens te maken. Met grotere wieken kan een moderne windmolen relatief meer schone energie opwekken. Daarmee stijgt de CO2-winst nog verder. Ook zorgen grotere windmolens ervoor dat de kosten voor deze goedkoopste vorm van duurzame energie blijven dalen.
Waarom zijn grotere windmolens zo efficiënt? Als de wieken van een windmolen twee keer zo groot worden, vangen zij niet twee keer maar vier keer zo veel wind. De oppervlakte van de cirkel die de wieken van een windmolen maken bestaat namelijk uit het kwadraat van de lengte van deze wieken (vermenigvuldigd met de constante waarde π). In deze infographic is dit visueel weergegeven.
Windenergie en woningprijzen
Windmolens zijn zichtbaar in het landschap. Voor de ene persoon geven windmolens het goede gevoel dat schone energie wordt opgewerkt, voor de ander hindert een windmolen het uitzicht. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat windmolens in de buurt voor een waardedaling van huizen kan zorgen.
Hoofdconclusie uit het meest grondige onderzoek hiernaar wijst uit dat woningen die minder dan twee kilometer van een windmolen staan gemiddeld 1,4 procent minder waard zijn dan huizen waar geen windmolens in de buurt staan. Dit is een link naar het wetenschappelijke rapport.
Uit het onderzoek blijkt dat huizen die dichtbij een windmolen staan – op 500 tot 750 meter afstand – gemiddeld 2,6 procent minder waard worden. Voor huizen op 2000 tot 2250 meter is dit effect een stuk minder groot. Deze woningen zijn gemiddeld 0,7 procent minder waard.
In deze infographic is dit visueel weergegeven.
Duurzame stroom bij windstil weer
Windenergie is een krachtige bron van duurzame elektriciteit. Maar hoe komen we aan schone stroom als het even niet waait?
In Nederland waait het gelukkig hard en vaak. Toch zijn er momenten dat het bijna windstil is. Voor genoeg schone stroom zijn er dan vier oplossingen. Allereerst kan duurzame windenergie worden opgeslagen, bijvoorbeeld in grote batterijen, met gecomprimeerde lucht, in hoger gelegen waterbassins (pompaccumulatie) of in synthetische brandstoffen.
Ten tweede kan tijdens windstille momenten overgeschakeld worden op andere bronnen van duurzame stroom, bijvoorbeeld zonne-energie of energie gewonnen uit de overgang tussen zoet en zout water (blue energie). Overigens vullen windenergie en zonne-energie elkaar door het jaar heen prima aan, zie deze link.
Als derde oplossing kan Nederland tijdelijk duurzame energie importeren uit andere landen. Denk aan windenergie uit verderop gelegen windparken in Groot-Brittannië, zonnevelden in Duitsland of waterkrachtcentrales in Noorwegen. Als laatste is het mogelijk om de vraag naar elektriciteit te beïnvloeden. (Grote) stroomverbruikers kunnen hun vraag verminderen bij een laag aanbod van stroom en verhogen bij veel aanbod. Op die manier kunnen zij zelfs prijsvoordelen behalen.
In deze infographic is dit visueel weergegeven.
Bron: www.nwea.nl